Menu

Wat is alimentatie, onderhoudsuitkering of onderhoudsgeld?

Een onderhoudsuitkering is een uitkering die voorziet in het levensonderhoud van de ex-echtgenoot na de echtscheiding. Deze onderhoudsuitkering tussen ex-echtgenoten wordt geregeld in artikel 301 van het (oud) Burgerlijk Wetboek.

 

Hoe lang moet je alimentatie of onderhoudsgeld aan je ex betalen? Is dit nu werkelijk voor altijd?

De stelling dat je voor altijd onderhoudsgeld aan je ex zult moet betalen, kan al meteen – zij het ten dele – worden ontkracht.

Hieronder wordt een overzicht gegeven van de grenzen die gesteld worden aan de duur voor het betalen van onderhoudsgeld aan je ex.

Er dient een onderscheid te maken tussen de situatie van voor en na de inwerkingtreding van de nieuwe echtscheidingswet van 1 september 2007. Er is een verschil in de maximumduur van het betalen van onderhoudsgeld wanneer je echtscheiding werd uitgesproken voor deze datum, dan wel erna.

 

De maximumduur voor een echtscheiding voor 1 september 2007

Voor de inwerkingtreding van de nieuwe echtscheidingswet konden partijen een overeenkomst sluiten omtrent een onderhoudsgeld tussen hen. Partijen konden in deze overeenkomst een maximumduur bepalen, die dan zorgde dat het betalen van onderhoudsgeld na verloop van deze tijd eindigde. Kwamen partijen geen maximumduur overeen, dan ging de wet uit van een levenslang onderhoudsgeld.

In de praktijk komt dit er op neer dat er vandaag de dag nog steeds onderhoudsplichtige partijen zijn die levenslang onderhoudsgeld zullen betalen aan hun ex-echtgenoot, tenzij partijen door onderling akkoord zouden beslissen aan deze betaling een einde te stellen.

Wanneer partijen geen overeenkomst bereikt hadden, was het dus aan de rechter om een onderhoudsgeld op te leggen en hiervan de maximumduur te bepalen. Ook hier ging de wetgever uit van een levenslang onderhoudsgeld, tenzij de rechter anders bepaalde.

“Je betaalt voor altijd onderhoudsgeld aan je ex” is dus slechts deels een mythe.

Wanneer we het hebben over echtscheidingen die zijn uitgesproken voor 1 september 2007, is deze stelling echter dikwijls de waarheid…

 

De maximumduur voor een echtscheiding na 1 september 2007

  1. Ten eerste is het steeds mogelijk in het kader van een echtscheidingsprocedure een overeenkomst af te sluiten waarin je afspreekt hoe lang het onderhoudsgeld betaald moet worden. Deze overeenkomst vormt een eerste mogelijke begrenzing van de duur van het onderhoudsgeld.

 

  1. Als voorgaande overeenkomst niet bereikt kan worden, zal de familierechtbank een oordeel vellen. De rechtbank kan in haar beslissing een maximumduur bepalen.

 

  1. Wanneer de rechter geen maximumduur bepaalt, is de principiële maximumduur van het onderhoudsgeld van toepassing. Deze maximumduur van onderhoudsgeld na echtscheiding is de duur van het huwelijk. Op te merken valt wel dat deze termijn verlengd kan worden in buitengewone omstandigheden.

 

In deze “duur van het huwelijk” wordt geen rekening gehouden met de periode van samenleven voor het huwelijk. Wel wordt de periode tijdens dewelke de echtscheidingsprocedure liep meegerekend. Aldus zal de duur van deze periode dezelfde zijn als die van het moment van het aangaan van het huwelijk tot het moment dat het echtscheidingsvonnis in kracht van gewijsde treedt.

Na deze duur eindigt het recht op onderhoudsgeld van rechtswege. Er is geen rechterlijke uitspraak nodig om dit vast te stellen.

  1. Een ander eindpunt van het verschuldigd zijn van onderhoudsgeld is het aangaan van een nieuw huwelijk door de onderhoudsgerechtigde of het afleggen van en verklaring van wettelijke samenwoning, tenzij partijen anders overeenkomen. Ook hier gaat het om een automatische beëindiging en is er geen appreciatiemogelijkheid voor de rechter.

Wanneer de onderhoudsgerechtigde feitelijk samenwoont, kan de rechter de onderhoudsverplichting beëindigen maar hier is geen verplichting toe. Het persoonlijke onderhoudsgeld komt in dit geval niet automatisch te vervallen.

Een verzoek moet worden ingediend bij de familierechter opdat het bewijs van de nieuwe samenwoning van de ex-echtgenoot geleverd kan worden.

Als feitelijke samenwoning komt in aanmerking de situatie waarin twee personen samenwonen als waren ze gehuwd en waarbij de relatie een duurzaam karakter vertoont.

In het merendeel van de gevallen in de praktijk beoordeelt de rechter of door de feitelijke samenwoning de financiële situatie van de ex-echtgenoot effectief verbeterd is. De rechter dient na te gaan of de feitelijke samenwoning met een economische solidariteit gepaard gaat. Indien er positieve economische gevolgen gepaard gaan met de relatie en de financiële situatie van de onderhoudsgerechtigde ex-echtgenoot daadwerkelijk verbeterd is, zal de rechter het onderhoudsgeld beëindigen.

Nochtans zijn er ook rechters die menen dat bij een verbetering van de financiële situatie het onderhoudsgeld niet enkel beëindigd moet kunnen worden, doch ook verminderd.

Verder zijn er ook situaties waar rechters in het verleden de alimentatie hebben stopgezet van zodra de relatie aangetoond werd, zonder de al dan niet verbeterde financiële situatie na te trekken.

Bij een echtscheiding door onderlinge toestemming kunnen de ex-echtgenoten hier best een regeling over treffen, zodat discussies hieromtrent in de toekomst vermeden kunnen worden.

 

  1. De rechter kan verder, op vordering van een van de partijen, de onderhoudsuitkering laten verhogen, verminderen, maar ook afschaffen. Deze mogelijkheid staat open indien ingevolge nieuwe omstandigheden, onafhankelijk van de wil van partijen, het bedrag ervan niet meer is aangepast.

 

Een mogelijke omstandigheid onafhankelijk van de wil van partijen is onder meer werkloosheid ten gevolge van een economische crisis, het bereiken van de pensioenleeftijd, arbeidsongeschiktheid,…

 

  1. De staat van behoefte van de verzoeker kan ook het gevolg zijn van een beslissing die hij zelf eenzijdig heeft genomen en die niet in het belang en volgens de noden van de familie Zo kan verzoeker bijvoorbeeld zijn job opzeggen zonder reden. Wanneer deze situatie zich voordoet, kan de onderhoudsplichtige worden ontheven van het verder betalen van de uitkering of slechts een verminderde betaling verschuldigd zijn.

 

  1. Ten slotte is de uitkering in principe niet meer verschuldigd bij het overlijden van de uitkeringsgerechtigde en het overlijden van de uitkering plichtige. De onderhoudsverplichting gaat dus niet over op de erfgenamen van de onderhoudsplichtige. Bij overlijden van de onderhoudsplichtige kan de uitkeringsgerechtigde echter wel levensonderhoud vorderen ten laste van de nalatenschap, doch hier zijn een aantal strenge voorwaarden aan gekoppeld. Onder andere dient de aanvrager aan te tonen dat hij/zij daadwerkelijk behoeft is. Dit is in de praktijk echter bijzonder zeldzaam.

Gelet op het bovenstaande, is het aldus niet zo vreemd dat mensen de stelling “je betaalt voor altijd onderhoudsgeld aan je ex” nog steeds voor waar aannemen.

Er zijn dan ook nog gevallen waarbij onderhoudsplichtige ex-echtgenoten levenslang alimentatie betalen aan hun ex-echtgenoot. Deze gevallen zijn echter wel beperkt tot de echtscheidingen van voor 1 september 2007.

Na de inwerkingtreding van de nieuwe wet zijn er verschillende grenzen ontstaan aan het betalen van alimentatie, zoals nieuwe omstandigheden, een nieuw huwelijk of wettelijke samenwoning van de onderhoudsgerechtigde en als maximumduur de duur van het huwelijk.

Echter valt wel op te merken dat ook in de gevallen van levenslange alimentatie van voor 2007 er nog steeds een uitweg is, met name het bereiken van een akkoord tussen partijen.