Menu

Eerder deze week kreeg Wout Van Aert het vervelende nieuws te horen dat het Arbeidshof te Antwerpen de dringende reden, waarop hij zich in 2018 had gebaseerd om zijn contract met zijn toenmalige ploeg te verbreken, van tafel heeft geveegd. Zie dit Sporza artikel.

Als gevolg hiervan dient Van Aert aan zijn voormalige werkgever een verbrekingsvergoeding van maar liefst 662.000 euro te betalen.

Dit nieuws kreeg de voorbije dagen uiteraard de nodige aandacht, niet alleen omwille van het feit dat Wout Van Aert hierin de hoofdrol speelde, maar tevens wegens het hallucinante bedrag van 662.000 euro dat volgens het Hof op tafel moet worden gelegd.

Volgens ons, en dan vooral vanuit een juridisch standpunt, verdient deze zaak nog om twee andere redenen bijzondere aandacht.

Ten eerste gaat het hier om een situatie waarbij een werknemer zijn werkgever een dringende reden verwijt gevolgd door een onmiddellijke verbreking van de arbeidsrelatie. Doorgaans komt deze situatie zelden voor, in tegenstelling tot de dringende reden die door de werkgever wordt ingeroepen in het nadeel van de werknemer.

Daarnaast zijn contractbreuken in de wielrennerij eerder uitzondering dan regel, anders dan in bijvoorbeeld de voetbalwereld. Men zou bijna kunnen stellen dat wielrenners en hun ploegmanagers op dit vlak zeer loyaal met elkaar omgaan. Het feit dat er in het wielrennersmilieu met aanzienlijk lagere bedragen wordt gegoocheld dan in sommige andere sporten, zal hier ongetwijfeld meespelen.

Ook onze experten Sportrecht en Arbeidsrecht laten zich niet afschrikken door minder vaak voorkomende problemen. Integendeel, een sportersmentaliteit is ons niet vreemd, waardoor wij in ieder dossier het beste van onszelf geven en streven naar het beste resultaat.

Contacteer onze experten indien u advies wenst omtrent Arbeidsrecht in het algemeen of Sportrecht in het bijzonder.