Menu

Niets is minder waar: de onderhoudsuitkering kan worden gewijzigd (met uitzondering van één specifieke situatie van persoonlijk onderhoudsgeld van voor 01.09.2007, die onderstaand wordt uitgelegd).

Wanneer en op welke wijze kan een onderhoudsuitkering nu veranderd worden? We maken voor de duidelijkheid een onderscheid tussen de persoonlijke onderhoudsbijdrage voor de ex-echtgenoten en de onderhoudsbijdrage voor de kinderen.

 

Persoonlijke onderhoudsbijdrage tussen ex-echtgenoten

Tussen ex-echtgenoten kan een onderhoudsgeld na echtscheiding worden afgesproken of opgelegd.

De mythe dat het bedrag aan onderhoudsgeld niet te wijzigen valt, vindt haar oorsprong wellicht in deze persoonlijke onderhoudsbijdrage tussen ex-echtgenoten.

Wanneer echtgenoten voor de inwerkingtreding van de nieuwe echtscheidingswet van 1 september 2007 een bedrag aan onderhoudsgeld hadden opgenomen in een overeenkomst, kon dit bedrag nadien niet meer gewijzigd worden door de rechter, ook niet wanneer er gewijzigde omstandigheden waren nadien. Enkel de partijen onderling konden op basis van onderling overleg een nieuw, aangepast bedrag overeenkomen.

Wanneer een bedrag daarentegen werd opgelegd door de rechter, kon de rechter dit bedrag nadien wel aanpassen als er gewijzigde omstandigheden voorhanden waren. Dit gebeurde eerder uitzonderlijk, wanneer er sprake was van het verlies van werk door ziekte bijvoorbeeld.

Hoewel de wet reeds sinds 2007 op dit punt gewijzigd werd, blijkt de mythe van de “onveranderlijkheid” nog steeds te bestaan. Nochtans geldt bij alle soorten van echtscheidingen sinds de nieuwe echtscheidingswet van 2007 een principiële wijzigbaarheid van de persoonlijke onderhoudsuitkering.

Voor alle duidelijkheid zetten we dit even op een rijtje:

 

De wijzigbaarheid voor de wet van 1 september 2007

Bij een overeenkomst

Wanneer men voor de inwerkingtreding van de nieuwe echtscheidingswet een onderhoudsbijdrage tussen ex-echtgenoten overeenkwam, had dit tot gevolg dat dit vastgelegde bedrag in de overeenkomst niet meer te wijzigen viel.

De overeenkomst tussen de partijen was bindend.

Zelfs wanneer er gewijzigde omstandigheden waren, kon de rechter op geen enkele manier het bedrag aanpassen.

Er waren slechts twee mogelijkheden tot wijziging van dit bedrag, nl.:

  • De wijzigbaarheid voorzien in de overeenkomst zelf;
  • De wijziging in onderling overleg tussen partijen.

Wanneer geen wijzigingsmogelijkheid werd voorzien in de overeenkomst en de onderhoudsplichtige ex-echtgenoot zijn job verloor ten gevolge van bijvoorbeeld ziekte of faillissement, had deze met andere woorden brute pech… tenzij de onderhoudsgerechtigde ex-echtgenoot akkoord zou gaan met een verlaging of afschaffing van het bedrag aan onderhoudsgeld.

 

Door de rechter opgelegd

Anderzijds is het ook mogelijk dat de rechter voor 1 september 2007 een bedrag aan onderhoudsgeld had opgelegd in een vonnis omdat partijen niet tot een overeenkomst kwamen.

In dit geval kon en kan men dit opgelegde bedrag nadien wel aan de rechter voorleggen ter wijziging.

De rechter kan dan bij gewijzigde omstandigheden het bedrag alsnog aanpassen aan de huidige situatie.

De verschillende hypotheses zijn hier:

  • Of de rechter is van oordeel dat er geen gewijzigde omstandigheden voorhanden zijn: het bedrag wordt niet gewijzigd door de rechtbank maar kan nog steeds in onderling overleg tussen partijen gewijzigd worden;
  • Of de rechter meent dat er wel gewijzigde omstandigheden zijn: het bedrag kan worden aangepast.

 

Besluit:

Enkel in de situatie waar:

  • partijen een bedrag aan onderhoudsgeld hebben opgenomen in een overeenkomst
  • voor de wet van 1 september 2007
  • er werd niet voorzien in een mogelijkheid tot wijziging achteraf
  • geen nieuw akkoord kan niet worden bereikt over de wijzigbaarheid

kan dit tot op heden niet meer worden gewijzigd.

In dergelijke situatie is het aangewezen om alsnog te proberen onderhandelen zodat op basis van de billijkheid tot een nieuw bedrag wordt gekomen, dan wel de onderhoudsbijdrage wordt afgeschaft. Het is in dit geval raadzaam een advocaat onder de arm te nemen. Wij kunnen u helpen in deze onderhandelingen.

De wijzigbaarheid na de wet van 1 september 2007

Na 1 september 2007 geldt er gelukkig een omgekeerde redenering dan voordien.

Het principe is nu de wijzigbaarheid van het bedrag aan onderhoudsgeld, of dit nu werd overeengekomen tussen partijen of werd opgelegd door een rechter.

In elk geval kan door middel van onderling akkoord tussen partijen een nieuw bedrag worden afgesproken.

Komen partijen niet tot een akkoord, dan kan men een beroep doen op de rechtbank met het oog op de wijziging of afschaffing van het bedrag.

De uitkering kan dus door de rechtbank worden verhoogd, verminderd of afgeschaft.

Let wel, dit kan enkel indien ten gevolge van nieuwe omstandigheden, onafhankelijk van de wil van partijen het bedrag er van niet meer is aangepast.

Het onderhoudsgeld is dus principieel wijzigbaar, tenzij partijen het tegenovergestelde overeenkomen.

 

Voor de volledigheid kan tevens vermeld worden dat ook tussen ex-wettelijke samenwoners een persoonlijke onderhoudsbijdrage kan worden overeengekomen of opgelegd door een rechter als je de rechtbank ertoe kan overtuigen op basis van de bijstandsverplichting tussen wettelijke samenwoners. Tussen ex-feitelijke samenwoners is dit op heden enkel mogelijk als men dit onderling overeenkomt.

De onderhoudsbijdrage ten behoeve van de kinderen

Een onderhoudsbijdrage voor kinderen kan zowel verschuldigd zijn door ouders die gescheiden zijn, dan wel die niet gehuwd waren en gemeenschappelijke kinderen hebben (dus ook voor wettelijke en feitelijke samenwonenden).

Voor de onderhoudsbijdrage ten behoeve van de kinderen, zijn er opnieuw de volgende mogelijkheden:

  • Partijen komen onderling een bedrag aan onderhoudsgeld overeen en hiervan wordt een akkoordvonnis gemaakt;
  • Partijen komen niet overeen en de rechter beslist welk bedrag aan onderhoudsgeld moet worden betaald.

Regelmatig doen zich situaties voor waarin een ouder het bedrag aan onderhoudsgeld wilt wijzigen (vermeerderen, verminderen of afschaffen).

Zo bijvoorbeeld in de volgende situaties:

  • Er is een manifeste stijging of daling in de kosten van de kinderen: kinderen zijn intussen veel ouder en dit brengt nu eenmaal een grote kost van het kind met zich mee;
  • Er is een manifeste stijging of daling in de financiële middelen van de onderhoudsgerechtigde ouder ontstaan, onafhankelijk van zijn/haar wil;
  • Er is een manifeste stijging of daling in de financiële middelen van de onderhoudsplichtige ouder ontstaan, onafhankelijk van zijn wil;
  • Er is een wijziging in de verblijfsregeling van de kinderen, bijvoorbeeld in plaats van in een week/week-regeling, verblijven de kinderen nu maar een weekend om de veertien dagen bij een ouder zodat deze laatste minder kosten draagt.

Kan een onderhoudsbijdrage voor kinderen zomaar gewijzigd worden in bovenstaande situaties? En wat kunnen partijen doen wanneer ze het bedrag aan onderhoudsgeld willen veranderen?

 

Een nieuw onderling akkoord

Partijen kunnen steeds in onderling overleg een wijziging van de gemaakte of opgelegde regeling doorvoeren. Aan te raden is dat ook dit nieuw akkoord schriftelijk wordt vastgelegd en eventueel aan de rechter wordt voorgelegd zodat het gehomologeerd kan worden en het als het ware in een vonnis wordt “gegoten”. Op die manier is er onmiddellijk een nieuwe uitvoerbare titel.

 

Een herzieningsclausule in de oorspronkelijke overeenkomst

Het is ook mogelijk (en zelfs aangewezen) dat ouders een herzieningsclausule opnemen in hun eerste overeenkomst, waardoor ze de principiële wijzigbaarheid van de overeenkomst bevestigen en vooraf afspreken welke veranderende factoren aanleiding kunnen geven tot de aanpassing van de onderhoudsbijdrage.

Wanneer een veranderende factor zich voordoet, moeten partijen geen procedure meer starten voor de rechtbank of opnieuw onderhandelen. De verhoging gebeurt immers van onmiddellijk, simpelweg omdat deze zo werd afgesproken tussen partijen.

De mogelijkheid tot wijziging wordt dan bijvoorbeeld gekoppeld aan bepaalde momenten of bepaalde voorwaarden.

Vaak worden scharnierleeftijden van de kinderen (bijvoorbeeld op 6, 12 en 18 jaar) of scharniermomenten in diens opleiding als wijzigingsfactor opgenomen (de overgang naar het middelbaar of het aanvatten van studies aan de hogeschool of universiteit).

Door in duidelijke herzieningsclausules te voorzien kunnen veel discussies vermeden worden. Het is dus aangewezen om de specifieke omstandigheden te vermelden, de precieze tijdstippen aan te geven en eventueel reeds een berekeningswijze op te nemen.

 

Eenzijdige wijzigingen

Wanneer ouders onderling niet tot een nieuw akkoord komen en zij geen herzieningsclausule hebben voorzien in hun oorspronkelijke overeenkomst en het vonnis hierover ook niets zegt, maar één van de ouders het bedrag gewijzigd wilt zien, biedt de wetgeving thans een uitweg. Dit is zowel mogelijk voor ouders die gehuwd waren, als zij die niet gehuwd waren.

In deze situatie moet de rechtbank gevat worden om de voorgenomen wijziging door te voeren.

De financiële regeling met betrekking tot de kinderen kan dan worden herzien als voldaan is aan drie voorwaarden:

  • Er is sprake van nieuwe omstandigheden;
  • Die zich voordoen buiten de wil van partijen;
  • Die de toestand van de ouders of de kinderen ingrijpend wijzigen.

Onder nieuwe omstandigheden onafhankelijk van de wil van partijen kan bij wijze van voorbeeld worden begrepen: de onvrijwillige werkloosheid, het afbranden van de woning, een grote diefstal, een manifeste wijziging in het inkomen door een langdurige ziekte, enzovoort.

Voor de ingrijpende invloed die de wet vereist kan zowel een wijziging in de toestand van de kinderen als in de toestand van de ouders zelf in aanmerking worden genomen. Hieronder kan bijvoorbeeld de situatie vallen van de wijziging van verblijfsregeling.

 

Besluit 

“Het bedrag aan alimentatie wijzigt nooit” is dus een mythe, maar met de nodige nuance.

Het bedrag kan steeds worden aangepast in onderling overleg, zowel voor wat betreft het onderhoudsgeld ten aanzien van kinderen als dat tussen ex-echtgenoten.

Wanneer een onderling akkoord niet mogelijk is, kan men de rechtbank vatten.

Persoonlijk onderhoudsgeld na echtscheiding is na 1 september 2007 principieel wijzigbaar, tenzij anders wordt voorzien. Persoonlijk onderhoudsgeld vastgelegd in een overeenkomst voor 1 september 2007, kan men enkel wijzigen indien er wordt voorzien in een clausule tot wijzigbaarheid, of indien partijen nadien onderling overeenkomen dat dit gewijzigd kan worden. Wordt geen nieuw akkoord bereikt of wordt er niet voorzien in een clausule tot wijzigbaarheid, betaalt men voor altijd hetzelfde bedrag aan onderhoudsgeld.

Onderhoudsgeld voor kinderen kan men steeds laten wijzigen door de rechtbank indien men kan aantonen dat zich nieuwe omstandigheden onafhankelijk van de wil van partijen voordoen. De beste manier is echter nog steeds dat op voorhand wordt overeengekomen welke omstandigheden aanleiding zullen geven tot de wijzigbaarheid, zodat discussies over het al dan niet “nieuwe” en “onvoorzienbare” karakter in de toekomst vermeden kunnen worden.

In de praktijk zijn hier vaak onduidelijkheden of vragen over. Wenst u uw bedrag dat u betaalt of ontvangt aan onderhoudsgeld te wijzigen? Het team personen- en familierecht gaat voor u na of dit kan en op welke manier.