Menu

Sponsorcontracten zijn voor veel topsporters een belangrijke inkomstenbron. Sommigen verdienen zelfs meer met hun sponsorcontract dan met het beoefenen van hun sport. Het spreekt voor zich dat beide partijen bijgevolg baat hebben bij een helder, rechtsgeldig contract.

Aan de hand van een sponsorcontract associëren sporter en sponsor zich immers met elkaar, waarbij de sporter tegen een vergoeding het product van de sponsor zoveel mogelijk in de kijker plaatst. Maar wat in geval van tegenstrijdige clubbelangen? En wat zegt het contract als een sporter zich misdraagt of de sponsor in diskrediet brengt?

Sporter tegenover sponsor

De voorbije jaren haalden verschillende akkefietjes tussen sporter en sponsor het nieuws. Denk maar aan het seksschandaal van Tiger Woods, de vermeende aanranding van een Nike medewerkster door Neymar Jr. of Ronaldo die tijdens het voorbije EK voetbal weinig subtiel zijn afkeer van Coca Cola liet blijken. We zien de laatste jaren een machtsverschuiving binnen de sportwereld, waarbij sporters steeds vaker invloedrijke figuren worden. Daardoor is het niet altijd eenvoudig voor sponsors om hun atleten te sanctioneren of publiekelijk afstand van hen te nemen.

Sterker nog, sponsors beginnen maatschappelijke acties van hun sporters zelfs te gebruiken in hun beleid. Denk maar aan de sporters die de Black Lives Matterbeweging onder de aandacht brengen. Dit was een paar jaar geleden nog helemaal anders. Zo wensten sponsors niet langer met de American Footballspeler Colin Kaepernick geassocieerd te worden wegens het knielen voor de strijd tegen racisme en politiegeweld tijdens het nationaal volkslied aan het begin van wedstrijden. Deze machtsverschuiving leidde tot de situatie van “conflict marketing”: de situatie waarbij de gesponsorde sporter gebonden is aan meerdere, met elkaar conflicterende marketingverplichtingen.

Deze conflicten kunnen voortvloeien uit verschillende contracten die de sporter afsluit. Enerzijds zijn er de sponsorovereenkomsten, maar er is ook de arbeidsovereenkomst met de club. Daarnaast is er vaak ook sprake van lidmaatschaps- of deelnamecontracten aan sportevenementen, reglementen van sportfederaties waaraan de sporter gebonden is, enzovoort.

Ter illustratie keren we even terug naar het voorbeeld van Cristiano Ronaldo die tijdens een persconferentie bewust enkele colaflesjes buiten beeld plaatste, terwijl hij wel voetbalde op een toernooi waar Coca Cola miljoenen betaalde als sponsor. Een dag na het statement van Ronaldo was de koerswaarde van Coca Cola met 2 à 3% gedaald.

Het hoeft dan ook geen verder betoog dat het voor de sponsor van belang kan zijn om zichzelf contractueel een recht voor te behouden om enerzijds van de overeenkomst af te zien of om bij minder zware fouten een boete op te leggen aan de sporter. In dit verband maakt men in de internationale sport- en sponsorwereld gebruik van zogenaamde “moraliteitsclausules”.

Moraliteitsclausules

Moraliteitsclausules zijn clausules die de sponsor het recht geven bepaalde gevolgen te verbinden aan gedrag van de sporter waarvan vooraf bepaald wordt dat het niet overeenstemt met de waarden van de sponsor. Zo kan de sporter bijvoorbeeld de sponsor negatieve publiciteit bezorgen. De sponsor kan dan – mits een moraliteitsclausule – een boete opleggen aan de sporter of de sponsoring verminderen. In extremis kan de sponsorovereenkomst zelfs volledig beëindigd worden.

Voor de sponsor is dit een zeer effectief contractueel beschermingsmiddel. Bovendien is het van groot belang omdat de betreffende handelingen de basis vormen voor het vaststellen van aansprakelijkheid. Daarnaast liggen ze aan de grondslag voor de beëindiging van de overeenkomst. Toch moet de sponsor voorzichtig met de moraliteitsclausule omspringen, aangezien voor de uitvoering ervan vaak met een vergrootglas naar het privéleven van de sporter wordt gekeken en een inbreuk op de privacy en/of vrije meningsuiting steeds om de hoek loert.

In de praktijk vinden we een voorbeeld van zo’n moraliteitsclausule in de zwemwereld. Zwemmers van de Nederlandse en Belgische Zwembonden werden wegens overeenkomsten met hun eigen sponsors gesanctioneerd omdat ze weigerden zwembroeken van de nationale sponsor Speedo te dragen tijdens internationale zwemwedstrijden. Ook in clubverband hebben deze clausules hun nut, zoals bijvoorbeeld bij Real Madrid waar de uitrusting volledig van het merk Adidas is, maar de spelers wel nog steeds hun eigen schoenen kunnen kiezen. Zo voetbalt Ronaldo met schoenen van Nike.

Een moraliteitsclausule is echter niet heiligmakend. Sporters kunnen immers niet rechtstreeks rechten putten uit de overeenkomsten van hun club of federatie met een sponsor. Tegelijkertijd kunnen aan de sporters ook geen verplichtingen opgelegd worden op grond van een overeenkomst waarvan zijzelf geen partij zijn.

Andere oplossingen?

Uiteraard kunnen partijen steeds teruggrijpen naar het gemeen contractenrecht. De sporter zou bijvoorbeeld een exoneratiebeding in het individueel sponsorcontract kunnen voorzien. Dat ontslaat hem/haar van aansprakelijkheid indien de club of sportfederatie de sporter verplicht om conflicterende verplichtingen op zich te nemen waardoor de verbintenissen onder het individueel sponsorcontract niet (volledig) meer kunnen nageleefd worden.

Het is ook altijd nuttig om eens een kijkje te nemen in de wetten en reglementen die in het land of de specifieke sportfederatie gelden, of zelfs in specifieke mededingingsregels. In sommige gevallen kan immers sprake zijn van misbruik van machtspositie op grond van het Europese Werkingsverdrag.

Tot slot kan een club in de arbeidsovereenkomst met zijn sporter bepaalde aansluitingsvoorwaarden verwerken wat betreft de clubuitrusting, afwijkingen, enzovoort.

Zowel de sporter als de sponsor, club of federatie heeft dus steeds belang bij transparante en zo volledig mogelijke contracten. Onze specialisten staan je graag bij in de opmaak van jouw topovereenkomsten.